Zalmsmolts gemerkt

Diverse partijen in Duitsland en Nederland werken samen in dit onderzoek, waarbij naast de zalm ook gekeken wordt naar de aal, de houting en de herintroductie van de elft.

Op 12 en 13 maart 2009 zijn 120 zalmsmolts gemerkt met een kleine transponder. De zalmsmolts worden eerst onder verdoving gebracht en vervolgens wordt via een kleine snede een transponder in de buikholte aangebracht. De snede wordt weer gehecht met oplosbare hechtingen. De operatie vindt plaats onder zo steriel mogelijke omstandigheden.

De vissen kunnen door de transponder gevolgd worden op hun weg naar de Noordzee. Vorig jaar werden de smolts losgelaten op het moment dat er een hoge afvoer was op de rivieren. Toen bereikte circa 18% van de vissen de Noordzee. Opmerkelijk zijn de vrij hoge verliezen van getransponderde smolts in Duitsland. Vandaag (24 maart) worden de smolts losgelaten in de River Wupper en de Sieg. De vissen moeten van de Duitse overheid 10 dagen in bewaring worden gehouden, om te zien hoe de overleving van de getransponderde vissen is. Tot gisteren hadden alle 120 vissen de operatie overleefd.

Het onderzoek wordt uitgevoerd in opdracht van de Duitse overheid door VisAdvies (operatie, gegevensanalyse en rapportage) en RWS Waterdienst (gegevens van detectiestations verzamelen). Sportvisserij Nederland vindt dit onderzoek erg belangrijk en participeert daarom in dit project met menskracht. Sportvisserij Nederland hoopt dat de resultaten van dit onderzoek meer inzicht verschaffen in het lage terugkeerpercentage van de uitgezette zalmpjes. Als er meer inzicht is in de redenen van het lage terugkeerpercentage, dan kunnen ook gerichte maatregelen worden genomen om de zalmpopulatie in de Rijn te herstellen.