Kribverlaging gaat van start

6145
16 jul 2009

Woensdagavond heeft er in Dodewaard een algemene informatieavond plaatsgevonden over de kribverlaging op de Waal. De bijeenkomst was georganiseerd door Rijkswaterstaat.

Naast omwonenden waren er opvallend veel vertegenwoordigers van lokale hengelsportverenigingen aanwezig. Ook Sportvisserij Nederland en de Hengelsportfederatie Midden Nederland waren vertegenwoordigd. De kribverlaging wordt door de sportvisserij met grote zorg gevolgd.

Tijdens de bijeenkomst gaven Rijkswaterstaat en de aannemer een toelichting op de eerste fase van het project kribverlaging. Deze fase betreft de verlaging van 100 kribben tussen Dodewaard en Nijmegen. De werkzaamheden starten naar verwachting binnen twee weken.

Kribverlaging zeer nadelig voor sportvisserij

Op het eerste traject liggen 153 kribben, waarvan er in ieder geval 100 verlaagd worden tussen augustus 2009 en december 2010. Een aantal kribben blijft gespaard, hoeveel en welke er uiteindelijk op de huidige hoogte blijven is nog niet bekend. De kribben met een lichtopstand op de kop van de krib blijven bij de kop op hoogte. Voor de punt wordt de krib wel verlaagd. Deze kribben worden voorzien van een betonpad, om de kribkop tijdens laag water goed toegankelijk te houden. Het gaat in totaal om 8 van de 153 kribben die zo worden ingericht.

De kribben gaan in de eerste fase flink omlaag: variërend van 1,5 tot 2 meter. Dit betekent dat de kribben na verlaging nog circa 80 dagen per jaar droog staan, vooral in de periode november-februari. Van deze 80 dagen zijn de kribben ongeveer 40 dagen begaanbaar voor sportvissers, omdat de kribben minimaal 40 centimeter boven water moeten staan om veilig te kunnen worden betreden. Kortom de verlaagde kribben zijn zeer beperkt bevisbaar.

Verder is het onzeker of de visserij vanaf de strandjes hetzelfde blijft. Doordat de kribvakken een groot deel van het jaar meestromen, is het de vraag of nog ver in de Waal gevist kan worden.

Overleg met Rijkswaterstaat

Sportvisserij Nederland en de Hengelsportfederatie Midden Nederland zijn al langere tijd in gesprek met Rijkswaterstaat. Doel is om de effecten van de verlaging voor sportvissers zoveel mogelijk te verzachten. Belangrijke aandachtspunten zijn daarbij dat de kribben en kribvakken die nog wel goed bevisbaar blijven ook goed bereikbaar worden, dat belangrijke kribben voor de sportvisserij zoveel mogelijk gespaard worden, dat de kribben na verlaging goed begaanbaar blijven, dat er geen steenstort in het kribvak terecht komt en dat de kribben onder water niet zo breed worden dat het vissen vanaf de krib onmogelijk wordt.

Het is een lastig proces met grote belangen, waarbij de uitkomsten onzeker zijn. Veiligheid tegen hoogwater staat daarbij voorop.

Effecten op visstand

Rijkswaterstaat gaat de effecten van de kribverlaging meten. Er worden diverse zaken gemeten, zoals wijzigingen in stroming, sediment en ecologie. Er wordt ook nagegaan wat het effect is op de visstand. Dit is voor Sportvisserij Nederland ook een zorgpunt. De kribverlaging is zo grootschalig, dat effecten op de visstand erg groot kunnen zijn. Er is weinig wetenschappelijke kennis over de visstand in de Waal en over de functie van de kribben voor vissen. Het is daarom ook lastig om goed te voorspellen wat effecten zijn van de kribverlaging op de visstand. Goede monitoring is daarom ontzettend belangrijk.

Informatiebijeenkomst Deest

Vanavond organiseert Rijkswaterstaat nog een openbare informatiebijeenkomst in Deest. Op de website van Hengelsportfederatie Midden Nederland kunt u hierover meer informatie vinden.

Er zijn geen gerelateerde berichten.

Om u de beste gebruikservaring te kunnen bieden, gebruiken wij cookies. Voor meer inhoudelijke informatie en het onderscheid die wij hier in maken, verwijzen wij u door naar ons. cookiebeleid.