MIDDELBURG - Vissen in de Westerschelde moeten vrij naar allerlei regionale Zeeuwse wateren kunnen zwemmen.
Daarom worden vispassages gemaakt tussen rijkswateren en regionale wateren.
Dat hebben Rijkswaterstaat, provincie Zeeland en de twee Zeeuwse waterschappen samen afgesproken. De vispassages zijn bedoeld voor vissen die voor hun levenscyclus afhankelijk zijn van verschillende leefgebieden. Die kunnen in bijvoorbeeld de Westerschelde liggen, maar ook in het Veerse Meer en polders in bijvoorbeeld West-Zeeuws-Vlaanderen. Het gaat dan om vissoorten zoals aal, spiering, bot en de driedoornige stekelbaars. Dankzij vispassages kunnen zijn gemakkelijker van het ene in het andere leefgebied komen.
De waterschappen zullen de komende vier jaar enkele gemalen in Zeeuws-Vlaanderen, Zuid-Beveland, Tholen en Schouwen-Duiveland aanpassen. Zij hebben toegezegd ervoor te zorgen dat er voldoende geld voor het project komt. Rijkswaterstaat draagt maximaal 576.000 euro bij aan de bouw van de vispassages van en naar polders.
-> Meer over vismigratie