Rotterdam, 29 maart. De vis in de oceanen verdwijnt veel sneller dan tot dusver werd aangenomen.
Als er niet snel drastische maatregelen worden genomen, zwemmen er binnenkort alleen nog kwallen en plankton in zee.
Dat zegt de Frans-Canadese visserijbioloog Daniel Pauly, die eerder deze maand een eredoctoraat kreeg van de Wageningen Universiteit. Pauly bestudeerde kritisch de wereldwijde visvangstcijfers die de voedsel- en landbouworganisatie van de Verenigde Naties, de FAO, jaarlijks publiceert en ontdekte een verborgen daling. Te hoge rapportage van China en sterk schommelende ansjovisvangsten, maskeerden het feit dat de mondiale visvangst vanaf eind jaren tachtig jaarlijks met 0,4 miljoen ton daalt. „Niet omdat er minder gevist wordt, integendeel, maar omdat de vis steeds schaarser wordt.”
Het zijn de voortekenen van het instorten van de visserij op wereldschaal, waarschuwt Pauly. Het is alarmerend dat er ondanks een toegenomen visserij-inspanning een mondiale trend bestaat van afnemende vangsten. Dat betekent dat visbestanden overal ter wereld zijn overbevist.
Consumenten hebben hiervan nog weinig gemerkt omdat vissers zijn uitgeweken naar andere soorten of andere gebieden. Vijftig procent van de vis wordt geconsumeerd op een ander continent dan waar het gevangen is, heeft Pauly berekend. De markt blijft zo voorzien, maar het is allesbehalve duurzaam. Volgens Pauly heeft de visserij de laatste grens bereikt: „Ze kan niet verder uitbreiden.”
Alleen radicale maatregelen kunnen nog soelaas bieden, zegt de bioloog. De visserijsubsidies zouden moeten worden afgeschaft en het visserijbeleid moet overschakelen van een soortgerichte op een ecologische benadering. Ook moet ten minste 20 procent van de wereldzeeën tot beschermde mariene zone verklaard worden waarbinnen niet mag worden gevist. „Alleen dan kunnen vispopulaties zich herstellen en kunnen we duurzaam oogsten uit zee.”