Vis & water

'Wie op beste stek wil vissen, moet het water lezen'

8196
02 okt 2007

KLOOSTERZANDE - Dreigende luchten, afgewisseld met enkele spaarzame opklaringen. Op de Westerschelde banen grote containerschepen zich een weg van en naar Antwerpen.

Hé, daar steekt een zeehond nieuwsgierig zijn kop boven water, verdwijnt en laat zich niet meer zien. Op de dijk laat een eenzame wandelaar in het herfstweer zijn hond uit. Hij staat stil en kijkt naar een aantal zeevissers die hun hengel uitgooien in de Westerschelde.

Het is, op de glooiing van de zeedijk, een bekend beeld. Zeevissen hoort bij Zeeuws-Vlaanderen. Voor de zeevisser het spreekwoordelijke paradijs op aarde. Stekken genoeg, want langs vrijwel de hele Zeeuws-Vlaamse kust valt wel een visje te vangen.

Maar wie op de beste stekken wil vissen, moet het water kunnen 'lezen'. Martien van Bellen, zojuist Zeeuws-Vlaams Kampioen Kustvissen 2007 geworden, weet daar alles van. "Want", doceert hij, "zijn er grote groepen meeuwen en sternen actief boven het water, dan zit er vis."

Maar ook moet er worden gelet op de kleur van het water. "Donkere plekken verraden meestal de ligging van een diepe mui, waarin de vis zich graag ophoudt. Maar het is nog beter om je plek bij laag water uit te zoeken. Muien komen bloot te liggen, net als voedselrijke gebieden zoals mossel- en oesterbanken. Fantastische plekken waar je met hoog water je lijnen in het zilte sop kan gooien."

Martien van Bellen is lid van Zeehengelvereniging De Vogel, één van de zeven zeehengelverenigingen in Zeeuws-Vlaanderen. In zijn vrije tijd is hij meestal aan het water te vinden. Maar de eerste voorbereidingen beginnen thuis in Kloosterzande. "In het maken van lijnen steek ik veel tijd. Het is leuk werk om te doen. Gewoon op een vrije avond, het is onderdeel van mijn hobby. Natuurlijk kun je ook kant-en-klare lijnen kopen, maar ik heb meer vertrouwen in het maken van eigen vistuigen."

Als hij naar de waterkant trekt, zorgt hij dat zijn materiaal altijd tiptop in orde is. Het verzorgen van het aas is daar essentieel onderdeel van. "Het liefst ga ik zelf op zoek naar mijn aas. Zo steek ik leeglopers op de slikken en zoek ik krabbetjes tussen de stenen. Hoe verser, hoe beter."

Zeevissen is een actieve bezigheid. "Dat maakt het zeevissen juist zo leuk. Je bent continu in en met de natuur bezig", geeft Van Bellen aan. "En als de vis je niet bezighoudt, zijn het de krabben wel. Om het kwartier zijn je haken leeggevreten, vaak nog voordat de vis de kans krijgt om het aas te vinden. Daardoor ben je steeds in de weer met het inhalen en uitwerpen. De tactiek is ook belangrijk. Krijg ik geen beet, dan kies ik voor een ander soort lijn."

Zeevissen kan op verschillen manieren. Meest gebruikte methode is met een vastloodsysteem, waarbij je een lijn met lood van ongeveer 120 gram en één of meerdere haken gevuld met aas de zee inwerpt. Maar de dobber en het kunstaas worden steeds populairder, vaak op plaatsen waar het hard stroomt, meestal in de buurt van obstakels of waar de vaargeul dicht langs de kant ligt. Op deze plekken vertoeft de zeebaars, een vis die van half mei tot in oktober te vinden is in onze kustwateren. Zeebaars heeft dit jaar een sterke opmars gemaakt, kleinere exemplaren overwinteren hier zelfs. Een andere vissoort is de bot. De laatste jaren is deze vissoort nauwelijks nog te vinden op de slikplaten van de Westerschelde.

Volgens Van Bellen zijn er meerdere oorzaken voor het verdwijnen van de platvis. "De beroepsvisserij zocht een alternatief voor schol en is massaal op de bot gaan vissen. Ook de structuur en het natuurlijke evenwicht in de Schelde zijn verdwenen. Uitdiepingen en steenstorten maken van de Schelde een rivier met grote stroomsnelheden. Schuilplaatsen verdwijnen hierdoor en de vis voelt zich niet meer thuis."

Andere soorten waar veel op gevist wordt, zijn tong, gul (kleine kabeljauw) en wijting. Voor deze laatste twee wintergasten breekt nu het seizoen aan, met name op de Noordzeestranden, vanaf de Belgische grens tot Breskens. 'Hoe kouder, hoe beter', geldt zeker voor deze soorten. Want terwijl het gros van de Nederlandse zeevissers de hengels na de zomer opbergt, breekt voor d

Er zijn geen gerelateerde berichten.

Om u de beste gebruikservaring te kunnen bieden, gebruiken wij cookies. Voor meer inhoudelijke informatie en het onderscheid die wij hier in maken, verwijzen wij u door naar ons. cookiebeleid.