Column - Knoopje

20 mrt 2009

Waarom doe je zoiets? Ik bedoel: ik verwijt de halve mensheid dat het mongolen zijn, dat ze niet nadenken en dan doe ik zelf zoiets.

Toegegeven, ik heb er alleen mezelf mee, dus dan kan het minder kwaad – maar het zegt wel iets over ons mensen. En geeft tegelijkertijd aan dat we als mensheid altijd op een zeker tragisch niveau zullen blijven steken.

Ik sta op 25 februari op een motregendagje, net aan een graadje of vijf, bij mijn auto in Wilnis. Even een paar uurtjes wat metaal door het water trekken. Of plastic. En ik had er zin in hè! Ik deed het niet uit verveling of onder dwang. Ik had er écht zin in. Dus ik knoop dat warteltje aan mijn gevlochten hoofdlijn. Het was dus een beetje koud. Ik frommel wat, haal het einde door de lus en denk ‘ach, zo is het wel goed’. Drie windingen en maar één keer door de lus. Alles in je wéét gewoon dat dit niet genoeg is. Dertig jaar keiharde praktijk heeft bewezen dat dit niet genoeg is. Alle boekjes zeggen dat dit niet genoeg is. En wat denk ik? ‘Ach het is wel genoeg zo’. Je gaat vissen. En af en toe denk je weer even aan die knoop, maar ach, het zal wel genoeg zijn.

Waarom? Nou, misschien vang ik niks. Ben ik dan blij? Denk ik dan aan het einde van de dag: ‘Jammer dat ik niks gevangen heb, maar goed ook?’ Of ik vang een mooie vis. Denk ik dan: ‘Iedereen heeft ongelijk, zie je wel, drie windingen is ook goed. Nou, dat scheelt voor de volgende knopen die ik nog moet leggen. Wat heb ik die knoop toch vaak voor niks gemaakt’.

Of het absolute rampscenario, dat mij natuurlijk overkwam. Ik krijg een aanbeet. Hij hangt er even aan – of het was een ‘zij’, want het voelde zwaar. En dan schiet ie los. En het einde van m’n lijn is gekruld. Alles weg. En ik wist het. Ik wist het. Ik weet het…

Om u de beste gebruikservaring te kunnen bieden, gebruiken wij cookies. Voor meer inhoudelijke informatie en het onderscheid die wij hier in maken, verwijzen wij u door naar ons. cookiebeleid.