Witvissen - Zomerse zeelten op het bellenspoor

29 mei 2009

Zeelt is een mysterieuze, mooie en sterke vis die bij veel sportvissers tot de verbeelding spreekt; zo ook bij Hans Molenaar. Hij heeft zich daarbij gespecialiseerd in het penvissen op zeelt in sloten, plassen en stadsvijvers. Het type water wat iedereen wel in de buurt heeft liggen.

In dit artikel doet Hans zijn zeeltvisserij voor je uit de doeken. Omdat hij niet al zijn tips en trucs in de gedrukte versie van Hét Visblad kwijt kon, geeft hij hieronder nog wat extra adviezen om succesvol op Tinca tinca te vissen.

De zeelt huist van oudsher in onze Nederlandse polders. Vooral in de polders van Zeeland, Zuid- en Noord-Holland en Friesland bevinden zich prima zeeltbestanden die je prima met de pen kan bevissen. Bijvoorbeeld de polders rond Alphen aan den Rijn, Wilnis of Heerhugowaard. Maar ook in het oosten van het land zijn zeer zeeltrijke plekken te vinden, zoals het hele bekenstelsel in de Achterhoek – al kunnen de aantallen per stuwstuk verschillen. Kenmerk van al deze wateren, en ieder goed zeeltwater, is dat ze in de zomer aardig wat waterplanten bevatten.

Vergeet ook de vele voormalige polders niet. Ik bedoel daarmee de vele nieuwe wijken die overal in het land verschijnen aan de rand van huidige woonkernen. Dit zijn wijken die vrijwel altijd op voormalige poldergrond ontstaan en daarmee kansen bieden voor de hengelsport – niet in de laatste plaats voor de plaatselijke jeugd die vist. De vis die ooit in een polder zwom, krijgt in zo’n nieuwe woonwijk ineens de ruimte. Binnen no time heeft zo’n wijk dan een prima visstand, waarbij de zeelt vaak prominent aanwezig is.

Om je voer extra aantrekkelijk te maken voor de zeelt kun je dit rood kleuren. Deze kleur blijkt een zeer grote aantrekkingskracht te hebben op de zeelt. Zoete blikmaïs kun je bijvoorbeeld voor weinig geld prima van een rood kleurtje voorzien. Koop gewoon in de supermarkt of toko een flesje kleurstof en voeg dat in kleine beetjes toe. Andere aassoorten zijn er natuurlijk ook in het rood. Denk hierbij aan miniboilies of rode rubberen kunstmaden, die ook nog eens drijven. Zo’n extra rode kunstmade op de haak zorgt ervoor dat het zaakje ook nog eens mooi uitbalanceert.

In de zomer vermenigvuldigen waterplanten zich vaak explosief. De zeelt vind hiertussen beschutting, maar als visser is er soms geen doorkomen meer aan. Om toch te kunnen blijven vissen kun je een plekje tussen de planten open harken – houd het wel bescheiden en maak een plekje met een doorsnede van een kleine meter of iets in die geest. Dit harken zal de zeelt niet afschrikken: vaak zijn ze, nieuwsgierig als ze zijn, na korte tijd al op de opengeharkte plek te vinden en zeer bereid tot azen. Schakel nu wel over op gevlochten hoofdlijn, die houdt zich beter bij het vissen tussen de planten.
Zoals je op de foto kan zien heb ik mijn hark wel iets aangepast. Op mijn exemplaar zijn twee harkkoppen d.m.v. laswerk aan elkaar bevestigd – dit kan ook met tie-wraps – en is de steel iets ingekort zodat je een soort van werpsteel krijgt.

Om u de beste gebruikservaring te kunnen bieden, gebruiken wij cookies. Voor meer inhoudelijke informatie en het onderscheid die wij hier in maken, verwijzen wij u door naar ons. cookiebeleid.