In 2009 is begonnen met het verlagen van honderd kribben tussen Dodewaard en Nijmegen. Dit heeft een grote impact op de sportvisserij op de Waal, zodat de georganiseerde hengelsport in actie is gekomen en contact heeft gezocht met Rijkswaterstaat. Hierbij informeren we je over de laatste stand van zaken in dit dossier.
De eerste honderd kribben die tussen Dodewaard en Nijmegen zijn verlaagd, dienen als proef om later de resterende 650 kribben langs de Waal optimaal te kunnen verlagen. Optimaal in de ogen van Rijkswaterstaat welteverstaan, want over de impact op sportvissers en vissen bestaat grote bezorgdheid bij de georganiseerde hengelsport.
De Hengelsport Federatie Midden Nederland heeft daarom bezwaar gemaakt tegen de kribverlaging en in 2009 een rechtszaak aangespannen. Deze ging uiteindelijk niet door omdat de eveneens met Rijkswaterstaat gestarte gesprekken constructief verliepen.
Compensatiemaatregelen
De uitkomst van deze gesprekken is een gezamenlijkememo van de Federatie en Rijkswaterstaat. Hierin staan vier maatregelen beschreven die het effect van kribverlaging voor sportvissers moeten verzachten.
- RWS doet een experiment waarbij de kribben iets hoger blijven;
- De bereikbaarheid van kribben die niet worden verlaagd, wordt verbeterd;
- Inventarisatie van compensatiemogelijkheden voor de sportvisserij;
- Betrokkenheid van de Federatie bij monitoring van de visstand.
Momenteel wordt er samen met Rijkswaterstaat gewerkt aan de realisatie van de vier maatregelen, waarvan maatregel één en twee voor de sportvisser het meest belangrijk zijn. Zo zullen binnen het proeftraject acht kribben met een lichtopstand niet worden verlaagd en de naastgelegen kribben minder worden verlaagd, waardoor deze langer boven water blijven staan.
Daarbij worden als experiment vier van deze kribben gladder afgewerkt en beter toegankelijk gemaakt.
Sportvisserij in beeld
Daarbij wordt er door de sportvisserij ook een lange termijn visie opgesteld. Hierin staat het vergroten van de bereikbaarheid van de Waal centraal. Het streven is om op zoveel mogelijk plaatsen een optimale toegang tot de rivieroever te realiseren. Het is niet waarschijnlijk dat al onze wensen zullen worden gerealiseerd, maar op een aantal locaties is er zeker wat te winnen voor de hengelsport. De gesprekken met Rijkswaterstaat en de aangespannen rechtszaak hebben de hengelsport in ieder geval beter in beeld gebracht bij projecten van Ruimte voor de Rivier. De Federatie wordt nu voor vrijwel alle bijeenkomsten uitgenodigd om mee te denken over de inrichting van deze projecten.
Hoopvolle ontwikkeling
Tenslotte kunnen we als sportvissers nog hoop putten uit het feit dat de volgende kribben waarschijnlijk niet zoveel worden verlaagd als de eerste honderd op het proeftraject. Rijkswaterstaat voert momenteel een studie uit naar de optimale hoogte van de kribben. Zoals het er nu naar uitziet worden deze kribben ongeveer 40 cm hoger dan de reeds verlaagde kribben. Dit
betekent een verdubbeling van het aantal dagen waarop de kribben kunnen worden bevist.
-> Meer over de kribverlaging
Bron: Hèt Visblad maart 2010