Soms vinden we ze hier jaren niet en dan ineens weer een paar tegelijk. Maanvissen komen in de wintermaanden nogal eens in de Noordzee terecht. Waarschijnlijk kunnen ze niet zo goed zwemmen in ondiep en onrustig water.
Met noordwesterstorm kunnen ze dan op het strand aanspoelen. Zo ook afgelopen week toen er op drie werden gevonden op de Nederlandse stranden: op Vlieland, bij Wassenaar en bij Egmond.
Molenstenen
De meeste maanvissen die hier stranden zijn nog klein, zo rond de 50 centimeter. Ook die van afgelopen week. De grootste die op een Nederlands strand is gevonden, spoelde in december 1889 aan op Ameland. Deze was maar liefst 2,73 meter hoog. Toch nog relatief klein, want maanvissen kunnen wel 4 meter lang worden.
Er zijn maar weinig vissen die er zo merkwaardig uitzien als maanvissen. Er is geen overgang te zien tussen kop en lichaam, daarom worden ze ook wel 'zwemmende kop' genoemd. Aan die vreemde vorm en hun stugge en ruwe huid hebben ze hun wetenschappelijke naam te danken; Mola Mola oftewel ‘molensteen’.
Maanvissenjaar
In sommige jaren spoelen er opvallend veel maanvissen aan. In 1952 waren dat er vijf binnen twee maanden en in 1992 werden er zes gevonden. Het jaar 2005 was een uitzonderlijk maanvissenjaar, toen spoelden er in totaal 15 aan.
Model
Bij Ecomare hangt een model van een maanvis in het zeeaquarium. Het model hangt plat op zijn zij. Dat is de karakteristieke houding waarin maanvissen vaak worden gezien. Omdat ze dan bewegingloos aan de oppervlakte dobberen zou je haast denken dat ze ernstig ziek zijn, maar het is normaal gedrag.
Het is onduidelijk waarom maanvissen er vaak zo bijliggen. Sommige onderzoekers denken dat ze dan zonnen om lekker op te warmen. Aan dat idee danken ze hun engelse naam: 'sunfish'. Anderen vermoeden dat ze zich zo door meeuwen en andere zeevogels van parasieten laten ontdoen.
Bron: Ecomare