Het gaat al jaren erg slecht met de palingstand in Nederland. Nieuwe cijfers over de intrek van glasaal, jonge paling, geven redenen tot nog meer zorgen: er is een historisch dieptepunt bereikt.
Onderzoeksinstituut Imares voert al sinds 1938 onderzoek uit naar de intrek van glasaal bij Den Oever. Deze langjarige metingen leveren een belangrijke bijdrage aan het bepalen van de omvang en trend van de jaarlijkse glasaalintrek. De meetgegevens genieten ook internationaal en wetenschappelijk ruime belangstelling.
De glasaal wordt bemonsterd door in de periode april-mei tussen 22.00 uur en 05.00 uur elk uur een trek met een kruisnet te doen. Per seizoen gaat het dan om enkele honderden trekken.
Per trek worden de glasalen geteld en de aantallen genoteerd. Vervolgens worden jaarlijks het totaal aantal glasalen en het totaal aantal trekken over de maanden april en mei berekend. Dit leidt tot de zgn. ‘glasaalindex. Dit is het aantal glasalen : aantal trekken. Zo werden in 2015 in 480 trekken 115 glasalen gevangen. Dit geeft een index van (afgerond) 0.2 over 2015. De volgende grafiek geeft per jaar de index weer sinds 1938.

(data Imares, figuur Sportvisserij Nederland)
Duidelijk is te zien, dat er jaren zijn met veel en jaren met weinig intrek. Tussen 1950 en 1965 zijn er een aantal topjaren, ook in de periode 1970-1980 waren er nogal wat goede glasaaljaren. De zeer lage intrek vanaf 1985 springt eveneens in het oog; al 30 jaar lang is de glasaalintrek laag tot zeer laag.
Door de schaal (index 0 -140) , is voor verschillende jaren na 1990 de index slecht afleesbaar. Voor een beter beeld over de periode 1990-2015 is de volgende grafiek opgesteld. De schaal is hier 0-14 in plaats van 0-140.

(data Imares, figuur Sportvisserij Nederland)
Historisch dieptepunt
Als de gemiddelde intrek over de jaren 1990-2015 (index =3,5) wordt vergeleken met de periode 1960 -1980 (index =64), blijkt dat de intrek is gedaald met circa 95%. Als wordt gerekend vanaf 2000 zelfs met meer dan 97%. De laatste jaren werden er bij Den Oever per trek gemiddeld wel wat meer glasalen gevangen dan in de periode daarvoor, gerekend vanaf het jaar 2000. Maar met 0,2 glasaaltjes per trek voor 2015, zet deze lichte stijging niet door. Integendeel: in 2015 is sprake van een historisch dieptepunt. Een conclusie die wordt bevestigd door de zeer lage intrek op andere lokaties.
Ook de buitenlandse intrek lijkt een stuk lager uit te vallen dan voorgaande jaren. Kortom, de cijfers geven helaas geen enkele aanleiding voor positieve geluiden over de aal.